Mijn liefde voor muziek is groot, en mijn liefde voor songteksten zo mogelijk nog groter. Ik ben gek op ingenieuze, poëtische teksten, zeker wanneer ze op goede melodieën staan. In mijn top tien van beste songwriters staan zonder meer: Conor Oberst (Om maar eens een dwarsstraat te noemen: The bible’s blind, the Torah’s deaf, the Quran is mute/If you burn them all together you get close to the truth); Morrissey, waarvan ik gisteren een lied op had, waarvan mijn moeder onmiddellijk zei: wat is dit voor herrie? *zucht* (There’s a club if you’d like to go/You could meet somebody who really loves you/so you go and you stand on your own/and you leave on your own/and you go home and you cry and you want to die) en natuurlijk Bob Dylan (Well, I eat when I’m hungry, drink when I’m dry/Live my life on the square/Even if the flesh falls of my face/It won’t matter, long as you’re there). De genoemde voorbeelden zijn natuurlijk slechts voorbeelden uit het fantastische arsenaal van deze schrijvers. Maar met stip op nummer één tussen al die fantastische schrijvers, staat Jacques Brel. Niemand anders kan een metafoor schrijven zoals hij dat doet, niemand anders speelt met woorden zoals hij dat kan. (Moi je t’offrirai/Des perles de pluie/Venues de pays/Ou il ne pleut pas of dit prachtige woordenspel: Une valse à cent temps/Une valse à cent ans/Une valse ça s’entend a chaque carrefour/dans Paris que l’amour) Wat, zeg je? Heeft hij dat echt geschreven? Ja, en hij is dus briljant. Aangezien hier verder geen discussie over mogelijk is leek het mij nuttiger deze blog te besteden aan andere songteksten en schrijvers, namelijk degenen die minder geslaagd zijn. Dat zijn er veel, maar in de loop der tijd heb ik er in ieder geval een paar opgespaard die de moeite van het vermelden waard zijn. Voordat ik anderen ga bekritiseren is het misschien ook nodig de hand in eigen boezem te steken, want ik heb op dit gebied zelf ook geen enkel talent. Mijn eerste songtekst schreef ik toen ik acht was, en dat ging over een steen. De bijzonder geïnspireerde titel was dan ook: ‘Een bijzondere steen’, en als toppunt in het nummer maakte ik een liefdevolle vergelijking tussen een persoon en de eerder genoemde bijzondere steen. Daarna besloot ik dat ik beter gewoon teksten kon gaan schrijven en me niet zou moeten bemoeien met of het wel of niet op een melodie past. Als verzachtende omstandigheid zou ik nog wel even willen benoemen dat ik op dat moment acht was, en dat mijn liedje nooit uitgebracht is. Dat kan van onderstaande wondertjes niet gezegd worden:
– With him I ain’t never losin’/And he knows my name is not Susan/ Oh what a man; Dit briljante stukje tekst is van Salt-n-Pepa uit Whatta Man. Zelf weet ik inmiddels dat ik mijn standaard ernstig moet verlagen op het gebied van mannen, aangezien mijn oma gisteren dreigde mij te verkopen als ik niet eens snel een vriend kreeg ( en hoewel ik toch nieuwsgierig ben naar hoeveel kamelen ik waard ben, zie ik dat niet echt zitten) vind ik toch dat je om mij te krijgen je wel iets meer mag doen dan weten dat ik niet Susan heet. Let er hierbij op dat er niet wordt gesuggereerd dat hij wel wat haar naam dan is. Het is in ieder geval niet Susan.
– There were plants and birds and rocks and things van uit America’s A Horse With No Name. Begrijp me niet verkeerd, ik vind dit een geweldig nummer, maar dit zinnetje? Er waren dingen? Ja, dat snap ik ook nog wel. Was je moe toen je dit schreef? Dingen. Ik kan er maar niet over uit. Bugs, Dirt, Drought het had van alles kunnen zijn, en je ging voor Things.
– Can you pay my bills/ Can you pay my telephone bill/ Can you pay my automo’ bills Een persoonlijke ergernis uit Destiny’s Child’s Bills, Bills, Bills. Hoewel wordt gesuggereerd in de rest van de tekst dat de man nogal een loser is, snap ik niet helemaal waarom het noodzakelijk is dat een man de rekening van de zogenaamde ‘Independent Woman’ moet betalen. Lekker independent. (Die independent kwinkslag volgde trouwens een jaar later, het imago waar Beyoncé nog steeds haar zakken mee vult.)
– I live by two words: fuck you, pay me Poëzie op zijn mooist uit Kanye’s Two Words, Verder ga ik hier niets over zeggen.
– When you can see your unborn child in her eyes uit Have You Ever Really Loved a Woman van Bryan Adams. ‘Volgens mij zit er iets in mijn oog.’ ‘Laat mij eens kijken. Ja, inderdaad. Het is een ongeboren foetus.’ Oh, wat een romantiek.
–Those three wise men/They had a semi by the sea Oh, James Blunt. Ik weet dat je een goed gevoel voor humor hebt, maar was het echt je bedoeling om hier een toespeling te maken op de collectieve staat van seksuele opwinding van drie wijze mannen?
– Een persoonlijk favoriet. Hoewel ik het nummer ronduit haat, vind ik de willekeurigheid van de tekst geniaal: You done broke my heart into a million pieces/Should have seen it coming/Wish I had telekinesis Uit LMFAO’s Love Lockdown. Je hebt mijn hart in een miljoen stukjes gebroken, ik had het moeten zien aankomen. Ik wou dat ik dingen kon verplaatsen met alleen mijn gedachten.
– De laatste is er één waar al veel over gezegd en geschreven is. Ik raad jullie aan om dit nummer vooral eens op te zoeken op Songmeanings.com, want daar vind je het hilarische relaas van iemand die er net zo over denkt als ik, maar dan in iets minder vriendelijke bewoording. Het is natuurlijk MacArthur’s Park. Someone left a cake out in the rain/ I don’t think that I can take it/Cause it took so long to bake it/ And I’ll never have that recipe again/Oh no Wat het ergste is aan deze tekst, is dat hij op een prachtige melodie is geschreven, en dat ook de rest van de tekst de sfeer en de toon voor het lied helemaal zetten. En dan kom je bij de climax en begint er iemand te zingen over taart? Ik begrijp wel waarom het meisje weg is gegaan. ‘Richard, ik heb het net met je uitgemaakt. Kun je alsjeblieft ophouden over die taart?’ ‘Maar ik zal het recept nooit meer vinden. Waarom laten ze een taart in de regen staan?’ Ik vraag me nog altijd af of hier nou een grappenmaker aan het werk was, of iemand die zo briljant was dat hij iets schreef dat ik nog steeds niet helemaal begrijp. Ik zal het wel nooit weten.