Linkerarm omhoog!’
Ik zwiep mijn linkerarm om hoog tot hij schuin boven mijn hoofd uitsteekt. Naast mij, onder mij en verderop in de halve cirkel die deze flat vormt doen mensen hetzelfde.
We zwiepen collectief weer naar beneden, onhandig en net niet helemaal synchroon.
‘Als je het kunt til je je rechterbeen op. Houd je vast aan de balustrade en tap naar achteren.’
De dame op het grasveld heeft een megafoon en ze roept ons dingen toe, zodat we blijven bewegen. Het is denk ik de gemakkelijkste manier om oude mensen goedkoop te laten bewegen. Het kost maar één enkel mens, en in principe is iedereen die ze op tijd het balkon op geslingerd krijgen gelijk slachtoffer van de bewegingsterreur van de verzorgers. Iedere beweging is een instructie om een nieuw fysiek trucje uit te halen, en voor het eerst begrijp ik hoe een orka zich moet voelen in een dolfinarium.